VTS Nederland

View Original

Uitgedaagd worden op je tachtigste

Florentine Peijnenburg interviewt Hugo Verweij over zijn ervaringen met een VTS-pitch in een verzorgingstehuis

“Opgetrokken wenkbrauwen – begrijpelijk – na mijn uiteenzetting over VTS. Een uitleg en theoretisch verhaal over iets wat je vooral moet ervaren. Dus stelde ik de welzijnscoaches een VTS-gesprek voor ter kennismaking. We hadden tien minuten uitgetrokken voor het gesprek maar het werd meer dan een half uur, ze raakten niet uitgekeken en gesproken.” Maar er waren ook twijfels. “Een onderwijsmethodiek in een zorgsituatie?”

Aan het woord is Hugo Verweij, die met succes VTS introduceerde bij Nieuw Rijsenburgh; een groot woonzorgcomplex in Sommelsdijk, Goeree-Overflakkee. Dat succes is voor een groot deel te danken aan zijn plan van aanpak. Als cultuurnetwerker voor de gemeente Goeree-Overflakkee is Hugo het aanspreekpunt voor iedereen binnen de gemeente, die ‘iets’ met cultuur wil. Hugo: “Ik werd benaderd door de welzijnscoach die in de plaatselijke krant had gelezen dat ik bezig was een groep van muzikanten op te zetten, waaronder ook oudere. Op dat ‘oudere’ haakte ze aan. Nieuw Rijsenburgh zocht naar activiteiten voor bewoners - om de hersencellen regelmatig ’ns flink op te schudden. En was een muziekgroep niet heel geschikt? Een activiteit om de hersencellen regelmatig flink aan het werk te zetten? Daar had ik een ander idee over.”

Twijfels

“De twijfels of VTS iets zou zijn voor de bewoners gingen over ‘het leren’. De welzijnscoach was bang dat VTS te schools zou zijn. En als het doel leren is, wat is dat dan precies? was de vraag. Volwassenen – ouder of niet – willen een duidelijk leerdoel. Leren om het leren vond men meer bij kinderen passen en bovendien, als de bewoners het gevoel kregen terug in de schoolbanken te moeten, zou er weinig animo zijn.” 
“Kortom, ik begreep dat ik voor een andere aanpak moest kiezen – geen presentatie, geen opsomming van de opbrengsten van VTS - om de welzijnscoaches te overtuigen; daarmee zou het kwartje niet vallen. Ik stelde een onaangekondigd VTS-gesprek met de bewoners voor tijdens het dagelijks koffie-uurtje, en nodigde de welzijnscoaches uit te observeren.”



Vertier bij een herberg, Adriaen van Ostade, 1677

Op een willekeurige dag werd een willekeurige groep bewoners tijdens het koffie-uurtje geconfronteerd met een groot beeldscherm met daarop het bovenstaande kunstwerk en de vraag ‘Neem even de tijd om rustig en geconcentreerd naar deze afbeelding te kijken.’ Hugo: “Het was fantastisch. De ouderen vonden het geweldig. De coaches zagen hoe ze reageerden, wat voor gesprekken er op gang kwamen en vooral hoe sommigen actief werden; bewoners die anders nooit uit hun schulp kropen. Het kwartje viel en vanaf dat moment zijn we met elkaar in gesprek gegaan over VTS in Nieuw Rijsenburgh en hebben de welzijnscoaches ook de directie betrokken bij hun ideeën en plannen. Er werd besloten om een serie van tien VTS-gesprekken te organiseren. Ook werd een observatieopdracht geformuleerd voor leerling-verpleegkundigen. Deze observatieopdracht zou moeten leiden tot een conclusie en aanbeveling op persoons- en organisatieniveau.”

Van welzijnsactiviteit naar zorgbeleid

Hugo: “Dat VTS in het zorgbeleid zou passen is niet vanaf het allereerste begin ter sprake gekomen. Na het spontane VTS-gesprek met de ouderen zag men de betekenis en de potentie van VTS. Dit inzicht en de opmerking van een welzijnscoach dat ouderen een uitdaging missen en daaronder lijden, motiveerde mij een stap verder te gaan en VTS te presenteren als integraal onderdeel van Rijsenburg’s zorgbeleid in plaats van een afzonderlijke welzijnsactiviteit.” 
 “De leiding wilde weten of de voorgehouden effecten – vooral het activeren van deelnemers en zelfreflectie – ook daadwerkelijk zichtbaar zouden worden, of er merkbare veranderingen zouden optreden. Het zorgpersoneel was nieuwsgierig naar het effect op het concentratievermogen. Andere nieuwsgierigheden waren: krijgen mensen meer zelfvertrouwen, neemt taalvaardigheid toe, leert men het eigen oordeel bij te stellen? Worden wat teruggetrokken bewoners actiever of andersom; zien we de haantjes-de-voorste geduldig wachten en luisteren voordat ze iets zeggen? Wordt die stille, wat verlegen mevrouw misschien wat opener? Gaat die meneer meer nadenken voordat hij te pas en te onpas zijn mening geeft?”



Bij positieve resultaten wilde de leiding verder praten over een vervolg; met uitbreiding naar andere woonzorggroepen, wijkbewoners en familie. Om VTS als beleidsonderdeel te waarborgen zou het zorgpersoneel getraind gaan worden als VTS-gespreksleider. 
Van de tien VTS-gesprekken heeft Hugo er vier kunnen voeren. De eerste observaties waren spectaculair. Het concentratievermogen verbeterde zichtbaar: het in stilte kijken naar een beeld nam met ruim een minuut toe. Na Corona hoopt Hugo de draad weer op te pakken. De serie VTS-gesprekken zijn inmiddels gekwalificeerd als een pliot. 


Nieuw Rijsenburgh was bereid zelf flink te investeren en heeft gezocht naar aanvullende financiering bij de gemeente en fondsen. Helaas heeft dat nog niets opgeleverd. Hugo: “Wat is nodig om VTS in het vizier van subsidieverstrekkers te krijgen? Subsidies voor cultuurinterventies in de zorg zijn er volop maar waar ik tegenaan loop zijn de voorwaarden. Je moet iets tastbaars opleveren zoals een productie, expositie of uitvoering. VTS kent zo’n eindproduct niet maar kan wel degelijk een enorme waarde toevoegen. Sterker nog, de ervaringen in Nieuw Rijsenburgh tonen aan dat VTS als beleid gekwalificeerd kan worden.”

Ervaringen en tips 

“Betrokken en actief meedenkende medewerkers (én directie) van de zorginstelling zijn cruciaal. Maak gebruik van de aanwezige kennis van zorgvragen en geef ook steeds aan wat je wil bereiken en wat mogelijk is. Een leuk uurtje bieden mag ook een doel zijn. En als dat doel meer het zorgterrein raakt, zoals activeren van ouderen, bespreek wat de best werkbare manier is. Misschien werkt het direct aanspreken van een oudere in een VTS-gesprek juist tegengesteld of heeft iemand hulp nodig om zelf iets aan te wijzen.”

“Reflecteer met de zorgmedewerker op het VTS-gesprek. Bespreek wat voor jullie beide meer of minder werkbaar of effectief is. Als je het zo opbouwt, dan kun je ook tijdig verwachtingen bijstellen - van de VTS-methodiek én van jou als gespreksleider. Zo was er bijvoorbeeld de stille hoop dat een kunstenares met beginnende dementie door de gesprekken weer de schilderkwast zou oppakken. Die hoop mag je hebben maar het is niet realistisch als de zorg zoiets als doel zou stellen.”

“Ik heb vanaf het begin duidelijk gemaakt dat er altijd een personeelslid aanwezig moest zijn. Simpelweg omdat ik me niet gerust voel bij het idee dat iemand onwel zou kunnen worden. Dat zou me totaal remmen in mijn rol als gespreksleider.”

Hugo Verweij (www.cultuurfiguur.nl) werkt en woont in Zevenbergschen Hoek en past met het Kunst Van Kijken-programma VTS toe in het basisonderwijs en bij verschillende opdrachtgevers. Zijn interesse gaat vooral uit naar de toepassing van VTS bij ouderen. Hij is nieuwsgierig naar ervaringen van andere VTS-gespreksleiders die werken in de ouderenzorg en met mensen met een lichte vorm van dementie. 


Meer informatie over VTS-programma’s voor ouderen met dementie vind je onder deze
link en op de websites van het Van Abbemuseum en het Stedelijk Museum Amsterdam die sinds 2013 met Onvergetelijk een programma aanbieden voor mensen met dementie en hun mantelzorgers.